De Nederlandse bureauwereld had het al heel veel langer benauwd, maar heeft zich nu toch naar de IC afdeling van de overheid moeten haasten om zich aan de NOW-beademing te laten leggen. De roze olifant in de kamer is nu eindelijk zo groot dat de Nederlandse bureauwereld er niet meer omheen kan. Dat er een pandemie voor nodig was, geeft wel aan hoe hardnekkig iedereen de ogen heeft dicht geknepen voor dat beest.

De race naar de bottom, de versnippering van het aanbod, de pitchcultuur van heel veel voor bijna niks, de uitholling van creatieve kwaliteit door klanten die denken dat hun bureau de Action is, het onophoudelijke snijden in kosten in plaats van investeren in talent en het aanbod van nieuwe services: het kon niet en kan niet blijven duren. Iedereen zag dat. Iedereen wist dat. Iedereen gaf het off the record ook toe. Maar niemand deed er iets aan. Business as usual…

Het is bijna niet te bevatten zoveel bureaus als er zijn en hoeveel er daarvan eigenlijk heel moeilijk hun voortbestaan kunnen waarborgen. De enorme aanvraag van de NOW steun is daar ook het bewijs van.

Een keuze voor het non-bureau bureau

Geen betere tijd om de dingen om te draaien dan crisistijd. Hoe dan, is de goede vraag. Het beste antwoord hierop is: stop te denken als bureau. Het bureau is mooi geweest, leuk geweest en ooit zelfs winstgevend geweest. Maar het is al lang tijd voor iets anders en dat is een model dat je het best als non-bureau bureau kunt omschrijven.

Een vloeibare, plooibare scale up, scale down organisatie van strategische, creatieve en executieve brainpower. Een structuur van losvaste lenigheid, zonder opdrachten on standby zonder kosten, maar in full flow vanaf het moment dat een opdrachtgever behoefte heeft aan een team dat z’n merk op het lijf geschreven is. Een marcom business gecentreerd rond kwaliteit van werken, geleverd door een groter of kleiner maatwerkteam van precies die mensen die noodzakelijk zijn voor het onderhanden project.

Akkoord, hier praat ik in mijn eigen straatje, omdat dit inmiddels de manier van werken is die wij als Van Santen Netwerk alweer 16 geleden hebben geïnitieerd. Maar het is niet voor niets dat het in dit straatje alleen maar drukker geworden is. Dit model van werken is nooit vanuit economische overwegingen begonnen, maar vanuit de gedachte dat je op de keper beschouwd niet een hele organisatie nodig hebt om een opdrachtgever perfect te kunnen servicen. What you don’t use, you don’t pay for - veel simpeler kun je de kern van dit model niet uitleggen.

Een model voor co-creatie

Het is een oplossing die leunt op een netwerkgedachte, waarin dat netwerk gevormd wordt door hoogwaardige professionals: creatieven (online, offline, thema, corporate, actiemarketing, graphic design, contentmakers, webdesigners), strategen, project coördinatoren. Er loopt onnoemelijk veel creatief, strategisch en uitvoerend denkvermogen rond, dat zich heel goed redt vanwege hun kwaliteit van werken. Zelfstandigen die gewend zijn in korte of langere tijd alles uit zichzelf en uit een project te halen wat erin zit, omdat dat het enige is waar ze hun bestaansrecht aan ontlenen. Het zijn ook mensen die gewend zijn om samen te werken met mensen die ze niet goed of helemaal nog niet kennen en toch sterk werk mee te realiseren. Co-creatie is het nieuwe begrip van deze tijd en dat lukt je nooit beter dan met mensen die eigenlijk niet beter weten. En dat geldt niet alleen voor hen onderling; zeker de meer ervaren professionals weten hoe ze ook heel goed rechtstreeks en intensief kunnen samenwerken met de marcom teams bij opdrachtgevers. Er zijn er nogal wat die inmiddels ook als inhouse-teams werken.

Niet voor niets werken juist deze specialisten heel vaak binnen bestaande bureaumuren op projecten voor klanten. Logische vraag die zich hier opdringt: als je deze professionals dan toch al zo vaak nodig hebt, waarom dan nu niet een grote stap verder gedacht en beginnen aan totale indikking van je bureau tot een losvaste kern van bewezen en on demand inzetbaar onafhankelijk talent? Geen opdrachten, geen overhead, geen kosten. Ineens werk aan de winkel, dan ineens opschalen naar de capaciteit die je nodig hebt. En weer terug als de opdracht is afgerond.

Het ligt voor de hand dat er nu bureaus zullen zijn die zich gaan afvragen of ze niet samen moeten gaan met andere bureaus die hun in specialisatie en diensten aanvullen. Consolidatie lijkt een logische reflex. Maar het is er een die groter maakt, maar niet persé slagvaardiger of economisch duurzamer. Als je heel eerlijk bent, moet je hardop durven zeggen dat het bureau als businessmodel z’n tijd gehad heeft. Het is gewoon niet langer de tijd van bureaudirecteuren maar de tijd van directeuren zonder bureau.


Comment